Studiereis letselschade Paramaribo 15-17 maart 2024

Als je ver van huis bent, zie je de dingen thuis vaak scherper.

Als de afstand tot Paramaribo (ruim 7500 km) maatgevend is, dan kan het niet anders dan dat de deelnemers aan de cursus Letselschade van MR. in Opleidingen hun blik op letselschade hebben aangescherpt. Als docenten van deze cursus voor letselschadeadvocaten/professionals, hebben we geprobeerd daaraan bij te dragen in de drie lesdagen van 15 tot en met 17 maart. Bij het schrijven van dit verslag zijn de evaluaties nog niet binnen, dus we koesteren de hoop dat we in dit streven zijn geslaagd.

Achtergrond

Vorig jaar werden er al cursussen vreemdelingenrecht verzorgd onder leiding van Lachman Soedamah  (Soedamah, advocaten Amsterdam) en Aniel Pahladsingh, en arbeidsrecht en sociaal zekerheidsrecht onder leiding van Pieter Fluit (Stadhouders advocaten, Utrecht) en Kerstin Hopman (advocatenkantoor Kerstin Hopman, Amsterdam). Dat bleek in een behoefte te voorzien. En niet alleen bij advocaten met Surinaamse roots. Dit jaar is de cursus Letselschade erbij gekomen.

Keuze voor Paramaribo

In Nederland hebben wij ons afgevraagd of een PO-cursus in Suriname, gelet op de ecologische voetafdruk die dat teweegbrengt, wel logisch en verantwoord is. Door het thuisfront werden kritische vragen gesteld: wat is de meerwaarde van onderwijs voor Nederlandse advocaten in Suriname? Dat kan toch ook in Utrecht? Centraal gelegen en uitstekend per trein bereikbaar. Dus als dit geen verkapte vakantie is, wat is het dan wel?

Onze tegenargumenten klonken wat dunnetjes. Als meeuwensporen langs de vloedlijn, werden ze al snel overspoeld door het morele appèl het milieu niet onnodig te belasten. Het feit dat docenten van de Anton de Kom Universiteit (AdekUS) gratis mochten deelnemen, voelde tegen die achtergrond als een aflaat.

Eenmaal in Suriname bleek onze blik op de impact van de reis te beperkt. Paramaribo was niet alleen een vruchtbare bodem voor het uitdiepen van actuele rechtsvragen binnen letselschade, het was vooral een uitwisseling van gedachten tussen twee zeer nauw verwante rechtstelsels: het Nederlandse en het Surinaamse. En dat niet alleen. De cursus in Paramaribo liet ook een helder licht schijnen op de geestverwantschap tussen rechtsbeoefenaars in deze twee totaal verschillende culturen. Die interactie leidde voor alle deelnemers tot inspiratie en nieuwe energie voor de uitdagingen waarmee we in onze dagelijkse praktijk worden geconfronteerd. Op afstand via videoverbinding zou het effect van de driedaagse ontmoetingen veel minder krachtig zijn geweest en niet hebben gezorgd voor de lijnen die nu tussen de verschillende deelnemers zijn gelegd.

Dus ja: Paramaribo als cursusplaats is een milieubelastende keuze. Maar een gerechtvaardigde keuze gelet op de vruchtbare verbinding die is gelegd met collega’s in Suriname. Die hun werk niet zelden met zeer beperkte middelen en onder zware omstandigheden moeten uitvoeren. De opgewektheid en vastberadenheid waarmee dat gebeurt, is een les voor de juridische professionals uit Nederland. Die gratis en voor niets een realitycheck hebben gekregen van het belang van een goed functionerende rechtstaat en de dragende rol van de advocatuur daarin.

De cursus

Na deze ronkende woorden, geschreven met de Surinaamse zuurstof nog in het hoofd, zal het duidelijk zijn dat de uitnodiging aan docenten van de AdekUS een meesterzet was.

Mr. Felicia F.Tijtel-File, docent contracten- en gezondheidsrecht bezig met een gezondheidsrechtelijke promotieonderzoek, mr. Radju Brijodhukun, docent aansprakelijkheidsrecht en secretaris van de juridische faculteit, mr. Ruchama de Jonge-Koorndijk, docent handelsrecht en dr. Maitrie Chotoe en mr. Nancy Tai Apin, docenten arbeidsrecht, gaven ieder op eigen wijze zicht op de verschillen en overeenkomsten tussen het Nederlandse en Surinaamse recht. Verschillen die in de basis niet heel groot zijn, want het Surinaamse recht is nog altijd zeer nauw verwant aan het Nederlandse.

Het onderwijs aan de juridische faculteit van de AdekUS is voor een belangrijk deel gebaseerd op de Nederlandse rechtsgeleerde canon en jurisprudentie. De rechtspraak van de Hoge Raad wordt op de voet gevolgd en vormt een belangrijke pijler van het universitair juridisch onderwijs.

Maar verschillen zijn er ook. De patiëntenrechten in het gezondheidsrecht staan nog in de kinderschoenen. Zo is het recht op het medisch dossier niet zo vanzelfsprekend en bestaat informed consent veelal op papier. Ter nuancering: in Suriname wonen bijna 600.000 mensen. In deze in omvang kleine samenleving, is ook het aantal medici beperkt. De meeste, zo niet alle, in Suriname werkzame medisch specialisten kennen elkaar. Dat alles maakt het voeren van een medische aansprakelijkheidszaak tot een grote uitdaging. Want hoe kan de advocaat van de patiënt zonder medisch dossier beoordelen of  sprake is van medische fouten? Daarnaast is de figuur van de medisch adviseur in de Surinaamse rechtspraktijk onbekend. De medisch adviseur vormt in de Nederlandse medische aansprakelijkheidspraktijk een onmisbare schakel bij het beantwoorden van de € 1000 vraag: is sprake van een medische fout? Voor de vertaalslag van de medische feiten naar bouwstenen ter invulling van de juridische zorgvuldigheidsnorm in medische zaken, vaart de Nederlandse letselschadeadvocaat voor een belangrijk deel op de medisch adviseur. Het verbaast dan ook niet dat Surinaamse advocaten in medisch aansprakelijkheidszaken vaak hun toevlucht zoeken tot het medisch tuchtrecht. Via die rechtsingang krijgen zij zicht op de voor de aansprakelijkheidsvraag relevante medische feiten.

En door de inbreng van de medici in het tuchtcollege, op de onzorgvuldigheid van het medisch handelen. De uitspraak van het medisch tuchtcollege kan dan de opmaat vormen voor een schadevergoedingsvordering.

Bij het cursusonderdeel beroepsziekten bleek dat de Surinaamse situatie gunstiger is voor de door een beroepsziekte getroffen werknemer. In Nederland moet deze werknemer aantonen dat het ziektebeeld als een beroepsziekte moet worden gekwalificeerd. Als dat al lukt is de getroffen werknemer er nog niet: de weg naar aansprakelijkheid van de werkgever is nog ver. Een weg met vele obstakels, zoals de vraag of sprake was van relevante blootstelling aan risicofactoren voor de beroepsziekte en de vraag of de werkgever zijn zorgplicht is nagekomen. In Suriname is de wettelijk regeling van beroepsziekten simpeler en toegankelijker. Als een aandoening is vermeld op de lijst van beroepsziekten dan bestaat in beginsel aanspraak op schadevergoeding. Mr. Nancy Tai Apin plaatste daarbij wel de kanttekening dat deze lijst aan actualisering toe is en dat de vergoeding in omvang zeer beperkt is.

Bezoek aan het Hof van Justitie

Aan het eind van de eerste cursusdag op vrijdag 15 maart, bezochten de cursisten het Hof van Justitie.

Suriname heeft twee rechtsinstanties: de zaken in eerste aanleg (straf en civiel) worden door drie kantongerechten behandeld. Die zijn alle drie in Paramaribo gevestigd. Het hof behandelt de hoger beroepen en fungeert in wettelijk vastgelegde uitzonderingsgevallen als eerste en enige instantie. Bijvoorbeeld in zaken tegen ambtenaren en tuchtzaken tegen advocaten en deurwaarders. Er is geen Hoge Raad. Wel is er een sinds 2020 functionerend constitutioneel hof.

Het Surinaamse recht kent geen verplichte procesvertegenwoordiging. Ook niet in hoger beroep. De kwaliteit van de procederende niet-advocaten is wisselend. Reden waarom de rechter meestal veel actiever is en niet zelden procespartijen helpt als hun belangenbehartigers steken laten vallen.

In de grote zittingszaal van het hof van justitie zijn de cursisten en docenten hartelijk ontvangen door president mr. I (Iwan) H.M.H.Rasoelbaks en nog 5 leden van het hof dat naast de president 7 leden en 5 leden-plaatsvervangers heeft. Ook de deken van Surinaamse orde van advocaten, mr. Elleson Fraenk, was aanwezig. De Surinaamse balie heeft de laatste jaren een flinke groei doorgemaakt en telt op dit moment 228 leden.

Door de innemende en geestige introductie van de president, brak het ijs al snel en ontstond er een open gedachtenuitwisseling over de staat van het Surinaamse rechtssysteem en de raakvlakken met het Nederlandse. Al velen jaren assisteren Nederlandse rechters het Hof o.a. bij vakinhoudelijk overleg en het schrijven van vonnissen, om achterstanden weg te werken en bij te dragen aan kwaliteitsverbetering. Een steun in de rug voor de Surinaamse rechters, waaraan weinig ruchtbaarheid wordt gegeven, maar die van groot belang is voor de verdere ontwikkeling van de Surinaamse rechtsstaat.

Kritische vragen door de aanwezigen werden niet geschuwd. Zelfs de olifant in de kamer werd benoemd. Maar de president toonde in zijn al zijn toegankelijkheid direct zijn leiderschap, door op de vraag hoe het Hof aankijkt tegen de verdwijntruc van Desi Bouterse, gedecideerd te antwoorden, dat het Hof met de veroordeling heeft gesproken en dat de ten uitvoerlegging van de uitspraak in handen ligt van het OM. Einde verhaal.

Veeru Mewa nam de gelegenheid om recht uit het hart zijn waardering uit te spreken voor de bevlogenheid en volharding van het Hof, dat onder zware omstandigheden en met beperkte middelen zijn belangrijke taak moet uitvoeren. Een compliment dat het Hof zichtbaar raakte.

Bezoek aan de Anton de Kom Universiteit

Na de laatste cursusdag hebben de cursisten de juridische faculteit bezocht.

Met circa 200 eerstejaars en 800 studenten in totaal, de grootste faculteit van de AdekUS. Ook hier werden we gastvrij ontvangen door de directeur van de faculteit mr. drs. Jamatttie Khemraj en de docenten die aan de cursus hadden deelgenomen.

De faculteit wordt door het groeiend aantal studenten geconfronteerd met een tekort aan docenten. Daardoor is onderwijs in werkgroepen eigenlijk niet mogelijk. Dat wordt als een groot gemis ervaren. Op verschillende rechtsgebieden zouden Nederlandse juristen met enige onderwijservaring met open armen worden ontvangen. Als was het alleen maar voor gastcolleges.

Tijdens de rondleiding kregen we een confronterende blik op de beperkte middelen waarmee de docenten moeten werken. De bibliotheek van de juridische faculteit bood een treurige aanblik. Een zeer beperkte collectie van juridische literatuur, vrijwel uitsluitend in verouderde drukken. Wij hebben de faculteit een basiscollectie boeken over aansprakelijkheidsrecht aangeboden. Maar dat is niet meer dan een druppel op een gloeiende plaat. Een meer structurele verbetering van de staat van de bibliotheek is broodnodig. De oplossing daarvoor lijkt voor de hand te liggen. De papieren bibliotheek wordt (of is) bij de meeste Nederlandse advocatenkantoren vervangen door een digitale bibliotheek. Waar de oude bibliotheekboeken nu veelal in de papiercontainer van een afvalpunt eindigen, zouden ze een tweede leven kunnen krijgen in Suriname.  Daarvoor moeten ze naar Suriname worden verscheept. De behoefte aan actuele boeken is groot. En teveel is het nooit omdat de docenten ook heel graag onderwijsexemplaren zouden willen hebben. Nu moeten zij gebruikmaken van de bibliotheek die ook door de studenten wordt gebruikt

De arbeidsmarkt voor juristen in Suriname is overigens uitstekend. De vraag overtreft het aanbod veruit. Dat leidt ertoe dat jaarlijks slechts circa 30 studenten aan de master deelnemen. Velen kiezen ervoor om met een bachelorsdiploma aan de slag te gaan. Het hoge collegegeld voor de master ($ 2000, tegenover $ 100 voor de bachelorfase) kan overigens ook een verklaring zijn voor het beperkte aantal studenten dat naar de master doorstroomt. Ook al kan een studielening bij de Surinaamse ontwikkelingsbank worden verkregen tegen zeer lage rente.

Bijeenkomst met president Chan Santokhi

Het informele en hartelijke karakter van de ontmoetingen in Suriname kenmerkte ook deze bijeenkomst. Aanvankelijk was onduidelijk of, waar en wanneer deze ontmoeting kon plaatsvinden. De informatie daarover wisselde dagelijks en in rap tempo. Maar uiteindelijk werd duidelijk dat de president van Suriname de cursisten met aanhang in het perscentrum vlakbij het presidentieel paleis zou ontmoeten.

President Santokhi is toegesproken door Leon Pollaart van Mr. in Opleidingen, Lachman Soedamah en Veeru Mewa. Allen benadrukten het belang van juridische samenwerking tussen Nederland en Suriname en de wens deze te intensiveren. Santokhi maakte indruk met een toespraak waarin hij in vogelvlucht schetste wat na zijn aantreden is gerealiseerd en in gang is gezet. Van een failliet land is Suriname met omvangrijke hulp van het IMF weer opgekrabbeld naar een land met een sterk verbeterde financiële huishouding en economie. Met een sterk gedaalde inflatie (van bijna 55% in 2022 naar 18% eind van dit jaar als streefgetal) en economische groei (van een krimp van 16% in 2022 naar een verwachte groei in 2024 van 3%), is Suriname goed op weg. Maar het land is er nog lang niet. Santokhi benadrukte dat de bevolking grote offers heeft moeten brengen om de economie weer op de rails te krijgen. Hij realiseert zich dat het hoog tijd wordt om de bevolking daarvoor te belonen. Dat lijkt bittere noodzaak met de presidentsverkiezingen van 2025 al in het zicht. Afgaande op de gesprekken die wij voerden met taxichauffeurs, gidsen, horecapersoneel et cetera, staat Santokhi er ronduit slecht voor. Degenen die wij spraken waren zeer negatief over Santokhi. De hoop op verandering en verbetering van leefomstandigheden was na het aftreden van Desi Bouterse groot. Die hoop is verdampt, met cynisme als plaatsvervanger. Dat Santokhi na zijn aantreden een aantal belangrijke posities heeft toebedeeld aan mensen uit zijn entourage, waaronder zijn echtgenote die overigens advocaat is, heeft zijn populariteit niet bevorderd. Toch overtuigde Santokhi in zijn lezing dat het ingezette saneringsbeleid bittere noodzaak is. De voorzetting daarvan lijkt de enige kans op betere vooruitzichten en kansen voor de Surinamers. Wie dat beleid nu voortzet, Santokhi of een politieke opponent, is dan minder relevant.

President Santokhi sprak ook over het diaspora beleid dat ziet op de interactie met de ongeveer 400.000 Surinamers in het buitenland, met name in Nederland. Dat beleid is er niet op gericht om mensen terug te halen naar Suriname. Wel op intensivering van de samenwerking op afstand. Zo noemde Santokhi de ambitie om meer hoogbouw te plegen. Reden daarvoor is dat hij het prachtige Amazonegebied ongemoeid wil laten. Ook om Suriname’s positie als een van drie CO2 negatieve landen ter wereld (naast Bhutan en Panama) niet te verliezen. Voor hoogbouw is naast technische, ook juridische infrastructuur nodig. Daarvoor ontbreekt de noodzakelijke kennis en ervaring. Concreet benoemde Santokhi de behoefte aan in appartementsrechten gespecialiseerde juristen.

Oproep

De studiereis naar Suriname was een bijzondere ervaring. Iedere dag bleek bomvol interessante en inspirerende ontmoetingen, gekke vogels (mens en dier) en fascinerende verhalen. De interacties met de Surinaamse juristen leidde niet alleen tot prikkelende discussie, maar ook tot een verscherpte blik op onze dagelijkse praktijk.

Wij willen de contacten die in Suriname zijn gelegd met de AdekUS, verder invulling geven. Door zoveel mogelijk juridische boeken naar Paramaribo te verschepen. Staat u op het punt uw juridische bibliotheek de deur uit te doen, of hebt u andere ideeën om de juridische bibliotheek van de AdekUS op een hoger plan te brengen, neem dan contact met ons op.

En als u interesse heeft om les te geven aan de juridische faculteit (online of in Paramaribo) dan brengen wij u graag in contact met de AdekUS

Veeru Mewa (mewa@victimfirstadvocaten.nl)
Marco Zwagerman (zwagerman@victimfirstadvocaten.nl)

Deel dit artikel:

Advocaten met LSA-keurmerk

LSA logo

Vier van de vijf advocaten van VictimFirst Advocaten beschikken over het keurmerk van de Vereniging Letselschade Advocaten. Het ‘LSA-keurmerk’ is het hoogst haalbare keurmerk in de letselschadebranche. Zo weet u dus zeker dat u bij het verhalen van uw letselschade wordt bijgestaan door een in letselschade gespecialiseerde advocaat.

Wat is er gebeurd?

Ervaringen van cliënten